Left Right

Tarieven

Erelonen en kosten

Tarieven
I. STANDAARDDOSSIERS
Het ereloon

In functie van de aard, het belang en de dringendheid van de zaak wordt het ereloontarief bepaald op 75,00, 100,00, 125,00 of 150,00 EUR.

Het ereloon wordt berekend op grond van de effectief gepresteerde of aanrekenbare uren. In principe worden de gepresteerde uren aangerekend in schijven van 5 minuten, met uitzondering van telefonische onderhouden dewelke bij minuut worden gerekend.

De prestaties kunnen bestaan uit juridische prestaties (consultaties met de cliënt en/of andere raadslieden, redactie van besluiten, adviesverlening, studie dossier, pleidooien, etc.) en niet-juridische prestaties (vacaties, de verplaatsingsduur naar en wachttijden voor de rechtbanken, griffies, gevangenissen, etc.). De juridische prestaties worden gerekend aan 100% van het toepasselijke uurloontarief. De niet-juridische prestaties worden gerekend aan 50% van het toepasselijke uurloontarief. Prestaties die bij hoogdringendheid dienen geleverd te worden kunnen aangerekend worden aan 150% van het toepasselijke uurloontarief.

Het ereloon kan in functie van het belang en/of de waarde van de zaak en/of het behaalde resultaat worden verhoogd met 10 %, hetwelke wordt berekend op het toegewezen deel van de vordering van de cliënt, dan wel op het afgewezen deel van de vordering van de tegenpartij.

 

Kosten

Naast het ereloon kunnen tevens de volgende kosten in rekening worden gebracht:

– opening dossier
– uitgaande brieven per post, fax, e-mail en uitgaande faxberichten
– kopies en afdrukken (zwart-wit of kleur)
– verplaatsingen
– uitgaande telefoon (nationaal of internationaal)
– gerechtskosten
– aangetekende zendingen
– kosten van (administratieve) opzoekingen
– afsluiten en archiveren van het dossier
– …

 

II. INVORDERINGSDOSSIERS

In geval van invordering van onbetaalde facturen voor een onderneming of zelfstandige, kan het ereloon bepaald worden als volgt:

 

A. Ereloon

1. de debiteur betaalt na eenvoudige aanmaning:

Het ereloon wordt bepaald op 10% van het te innen bedrag (zo in hoofdsom, intresten, kosten als schadebeding), met een minimum van 75,00 EUR.

Het ereloon is verschuldigd ongeacht of het in te vorderen bedrag al dan niet in totaliteit kan worden gerecupereerd van de debiteur.

2. de debiteur betaalt enkel na dagvaarding (eenvoudige invordering):

Indien er geen (of slechts zeer summiere) conclusies dienen te worden uitgewisseld wordt het ereloon bepaald op 10 % van het te innen bedrag (zo in hoofdsom, intresten, kosten als schadebeding), meer het basisbedrag van de toepasselijke rechtplegingsvergoeding, met een minimum van 75,00 EUR.

Ingeval een procedure meerdere zittingen vergt, wordt vanaf de tweede zitting een forfaitair bedrag van 75,00 EUR per bijkomende zitting in rekening gebracht.

Het ereloon is verschuldigd ongeacht of het in te vorderen bedrag al dan niet in totaliteit kan worden gerecupereerd van de debiteur.

3. de debiteur betaalt enkel na dagvaarding (complexe invorderingen):

Bij invorderingen waarbij ook ten gronde moet worden geconcludeerd, is het ereloon verschuldigd zoals bepaald onder punt 2 (zie supra), vermeerderd met het ereloon dat wordt berekend op grond van de effectief gepresteerde of aanrekenbare uren aan het basisuurloontarief zoals hoger bepaald voor de redactie van de conclusie(s).

 

B. Kantoorkosten

Zolang een procedure de loutere invordering van een factuur betreft (eenvoudige invorderingen), worden de kantoorkosten gedekt door de bovenstaande tarieven.

Indien door de debiteur ten gronde betwisting gevoerd wordt, wordt het dossier niet meer beschouwd als een eenvoudige invordering van een factuur, zodat de hierboven beschreven tarieven niet langer gelden en het dossier behandeld zal worden op basis van de algemene voorwaarden en tarieven.

 

III. GERECHTSKOSTEN

De gerechtskosten zijn de externe gerechts- en gerechtsdeurwaarderskosten verbonden aan een procedure, of ter voorbereiding van een procedure.  Dit zijn de kosten verschuldigd aan o.m. gerechtsdeurwaarder, de griffie, vertalers, openbare instanties, etc..

Deze kosten worden ofwel voorgeschoten door de advocaat, waarna deze in rekening worden gebracht aan de cliënt, dan wel wordt de cliënt verzocht deze rechtstreeks te willen voldoen aan de betreffende gerechtsdeurwaarder, de griffie, vertalers, openbare instanties, etc…

 

IV. DERDENGELDEN

Derdengelden zijn gelden die de advocaat ontvangt voor zijn cliënt(e/en) van tegenpartijen en/of derden, dan wel gelden die hij ontvangt van zijn cliënt(e/en) voor rekening van tegenpartijen en/of derden.  De advocaat stort alle bedragen die hij voor zijn cliënt(e/en) ontvangt binnen de kortst mogelijke tijd door aan zijn cliënt(e/en).

De advocaat mag op de bedragen die hij ontvangt voor rekening van de cliënt(e/en) sommen inhouden tot dekking van de openstaande voorschotten of staten van kosten en ereloon.  In dit geval brengt de advocaat de cliënt(e/en) hiervan op de hoogte.

 

V. ALGEMENE BETALINGSVOORWAARDEN

Lopende de zaak kunnen voorschotten of provisies worden gevraagd op de te voorziene kosten en ereloon.  Een voorschot is het forfaitair bedrag dat de cliënt betaalt aan de advocaat, voorafgaand aan een gedetailleerde staat van kosten en ereloon.  Deze voorschotten kunnen worden gevraagd zowel voor reeds geleverde prestaties, als voor de nog voorzienbaar te verrichten prestaties in het dossier.

Bij het beëindigen van de zaak wordt tevens een eindstaat opgemaakt en aan de cliënt(en) een overzicht bezorgd van alle geleverde prestaties en kosten in zijn/haar/hun dossier.

Behoudens andersluidende schriftelijke overeenkomst, zijn alle kosten- en ereloonstaten en de provisienota’s onmiddellijk betaalbaar bij ontvangst.

Indien de cliënt niet akkoord gaat met het gevraagde voorschot of de eindstaat moet hij deze – op straffe van onontvankelijkheid – binnen acht dagen na ontvangst schriftelijk protesteren.  Bij gebreke hieraan, wordt het gevraagde voorschot of de eindstaat geacht te zijn aanvaard.

Ingeval van wanbetaling wordt vanaf de vervaldag per begonnen maand een intrest aangerekend, waarvan de voet per analogie wordt bepaald op basis van de wet van 2 augustus 2002 betreffende de bestrijding van de betalingsachterstand bij handelstransacties.  In dit geval is tevens een forfaitair schadebeding van 10 % verschuldigd op het achterstallige bedrag met een minimum van 250,00 EUR en een maximum van 2.500,00 EUR.

Ingeval van wanbetaling heeft de advocaat steeds het recht om de dienstverlening te schorsen, dit op risico van de cliënt.  De advocaat stelt de cliënt hiervan schriftelijk op de hoogte.

 

Alle bovenvermelde tarieven zijn exclusief btw.