Gelet op de huidige wetgeving moeten de echtgenoten die door onderlinge toestemming willen scheiden, samen en in persoon verschijnen voor de rechtbank. Dat zal binnenkort veranderen. Een volledig schriftelijke procedure zal tot de mogelijkheden behoren. Hieronder wordt de nieuwe regeling kort uiteen gezet.
Voortaan maakt de wetgever een onderscheid al naargelang de duur van de feitelijke scheiding van de echtgenoten.
De echtscheiding door onderlinge toestemming wordt een volledige schriftelijke procedure wanneer de echtgenoten al meer dan zes maanden gescheiden leven op het moment dat ze hun verzoekschrift indienen. De procedure verloopt dan volgens artikel 755 Ger.W.
Leven de echtgenoten op het moment van het indienen van het verzoekschrift nog geen zes maanden gescheiden dan moeten ze binnen een maand vanaf de datum van de neerlegging van het verzoekschrift gezamenlijk en persoonlijk verschijnen voor de familierechtbank.
Let op. De rechtbank kan de persoonlijke verschijning altijd vorderen, ongeacht de duur van het gescheiden leven. Ofwel ambtshalve ofwel op vraag van de procureur des Konings of een partij.
Als de echtgenoten persoonlijk moeten verschijnen, kan de rechterbank hen in uitzonderlijke omstandigheden toelaten om zich te laten vertegenwoordigen door een advocaat of notaris.
Wanneer bij een echtscheiding op basis van onherstelbare ontwrichting partijen persoonlijk moeten verschijnen, kan de rechter de echtgenoot die niet verschijnt van zijn eis vervallen verklaren. Voortaan kan hij ook de zaak verwijzen naar de bijzondere rol van de kamer. In dat geval kan de zaak opnieuw op de terechtzitting komen binnen 15 dagen op verzoek van de partijen.
De wet van 30 juli 2013 treedt in werking op 1 september 2014. Maar de Koning kan haar vroeger laten ingaan.
Bron: Wet van 30 juli 2013 betreffende de invoering van een familie- en jeugdrechtbank, BS 27 september 2013 (art. 210 en 214).
Zie ook: Gerechtelijk Wetboek, artikel 1263 en 1289