In het parlement is een consensus ontstaan om lesbische ouders dezelfde rechten te geven als hetero ouders. Dat bleek woensdagmiddag na hoorzittingen in de Senaatscommissie Justitie. Het wetsvoorstel daaromtrent zou nog voor de ontbinding van de Kamer, voor de verkiezingen dus, gestemd worden.
Sinds het mogelijk is voor lesbische vrouwen om het kind van hun echtgenote/ partner te adopteren gelden nog steeds andere regels dan voor heterokoppels. Daar waar heterokoppels hun kind simpelweg kunnen erkennen, moeten lesbische koppels een slopende adoptieprocedure van minstens negen maanden doorlopen. In 2007 waren er nog 52 zulke adopties, in 2011 was dit aantal al gestegen tot 214 en het aantal stijgt nog verder.
Het betreffen nagenoeg allemaal gevallen waar het lesbisch koppel samen beslist dat één van hen zwanger wordt via een medisch begeleide zwangerschap (meestal kunstmatige inseminatie met anoniem donorsperma via een fertiliteitskliniek).
Ondanks het feit dat deze koppels samen kozen voor een kind en doorgaans al een ernstige screening ondergingen in de fertiliteitsklinieken, diende er toch nog een adoptie plaats te vinden door de vrouw die niet van het kind beviel, de zogenaamde lesbische meemoeder.
Vooraleer deze adoptie kon plaatsvinden, diende de vrouw die niet van het kind bevallen was verplicht een aantal dagen lessen te volgen inzake afstamming en adoptie. Voorts werd er ook gekeken of de kandidaat adoptant wel geschikt was om over te gaan tot adoptie van het kind van haar echtgenote/ partner. Dit werd nagegaan door een sociaal onderzoek waarbij werd gepeild naar financiële middelen, thuissituatie, gezinssituatie etc. Soms kwam een wijkagent over de vloer om één en ander te controleren.
Deze gang van zaken werd doorgaans als zeer ingrijpend en discriminatoir beschouwd door deze lesbische koppels.
De discussie over de nieuwe afstammingsregels voor lesbische meemoeders sleept al een tijd aan.
Volgende woensdag houdt de Senaatscommissie Justitie andermaal een hoorzitting waarna zal blijken of het geamendeerde wetsvoorstel van Jean-Jacques De Gucht een meerderheid achter zich krijgt.
Door de nieuwe regeling zullen de afstammingsregels die gelden voor heterokoppels voortaan ook van toepassing op lesbische koppels. De vrouw die gehuwd is met de vrouw die bevalt, is automatisch meemoeder en geniet dezelfde rechten. Is het lesbische koppel niet getrouwd, dan kan de partner het kind erkennen, net zoals bij hetero-koppels. Met dit wetsvoorstel beogen de indieners vooral de bescherming (op vlak van ouderschap, afstamming en erfrecht) van de ouders en kinderen binnen deze gezinsstructuren.